Avv cao, dispensatie verlenen en online supermarkten - antwoord op Kamervragen

maandag, 25 augustus 2025 (10:05) - Salaris Vanmorgen

In dit artikel:

Minister Van Hijum (SZW) reageert op berichtgeving dat e‑commerce spelers zoals Picnic en Flink mogelijk onder de supermarkt‑cao vallen. Hij benadrukt dat het oordeel over een algemeen verbindend verklaring (avv) van cao‑bepalingen en het verlenen van dispensatie zijn verantwoordelijkheid is, en dat hij daarbij strikt binnen het bestaande wettelijke kader handelt.

Het Nederlandse cao‑/avv‑stelsel bestaat al bijna een eeuw en biedt volgens de minister voldoende flexibiliteit; sociale partners krijgen veel vrijheid om cao‑werkingssferen en maatwerkafspraken te bepalen. Tegelijk erkent hij dat nieuwe vormen van werk en opkomende sectoren aandacht vereisen, en dat innovatieve toetreders zich vertegenwoordigd moeten voelen. Het ministerie voert daarom momenteel een verkenning uit naar onderhoud van het stelsel. In een Kamerbrief van 19 november 2024 zijn vier sporen uitgezet; die worden in afzonderlijke beleidstrajecten uitgewerkt en de minister verwacht na de zomer de Tweede Kamer bij te praten over de voortgang.

Als een avv‑procedure loopt kunnen bedrijven bedenkingen indienen en eventueel een verzoek tot dispensatie. De toetsing van dispensatieverzoeken gebeurt aan de hand van criteria in paragraaf 7 van het Toetsingskader AVV: de verzoeker moet aannemelijk maken met zwaarwegende argumenten waarom naleving van de algemeen verbindend verklaarde cao redelijkerwijs niet van hem kan worden gevraagd. Dit is vooral aannemelijk wanneer de bedrijfskenmerken wezenlijk afwijken van die van andere ondernemingen binnen de werkingssfeer. De indieners van een avv krijgen gelegenheid te reageren op een dispensatieaanvraag; daarna kan de minister besluiten en tegen een beslissing staat bezwaar en beroep open bij de bestuursrechter.

Van Hijum geeft aan dat het de voorkeur heeft dat sociale partners onderling tot oplossingen komen om langdurige juridische conflicten te vermijden, maar dat dit niet altijd lukt. Over de concrete, lopende dispensatieprocedure doet hij geen inhoudelijke uitspraken. Tot slot onderstreept hij het belang van ruimte voor innovatie en maatwerk in cao’s — bijvoorbeeld via minimumbepalingen, hardheidsclausules of decentralisatiebepalingen — zodat afspraken kunnen aansluiten bij specifieke bedrijfsomstandigheden.