Hulp bij armoede en schulden - antwoord op Kamervragen
In dit artikel:
Staatssecretaris Nobel (SZW) heeft in Kamervragen uitgelegd hoe het kabinet versnippering in armoede- en schuldenregelgeving wil tegengaan en schuldhulpverlening wil versterken. Centraal staat dat hulp integraal moet zijn: naast financiële sanering ook aandacht voor bijvoorbeeld psychische problemen, gezondheid, gezin en wonen, zoals voorgeschreven in de wet gemeentelijke schuldhulpverlening.
Het kabinet streeft naar vereenvoudiging van armoedebeleid op landelijk en lokaal niveau. Gemeentelijk minimabeleid is nu versnipperd; SZW werkt samen met VNG (de Vereniging van Nederlandse Gemeenten) en Divosa aan verkenningen en voorstellen om regelingen eenvoudiger, effectiever en meer uniform te maken. Op basis van deze verkenningen volgen vervolgstappen.
Om de kwaliteit en gelijke toegang tot schuldhulp te bevorderen zijn bestuurlijke afspraken gemaakt en is een "basisdienstverlening" uitgewerkt. Die moet in elke gemeente minimaal dezelfde onderdelen bevatten, waaronder een landelijk aanmeldpunt voor schuldhulp, zodat hulp beter vindbaar en toegankelijk wordt.
De staatssecretaris merkt op dat er volgens haar wel prikkels bestaan om (meer) te gaan werken tijdens schuldtrajecten: extra inkomen kan de aflossing versnellen en zo sneller leiden tot volledig beschikbaar inkomen. In minnelijke of wettelijke regelingen wordt van betrokkenen verwacht dat zij zich inspannen om zoveel mogelijk af te lossen; schuldeisers schrijven vaak een groot deel kwijt. Er geldt bovendien een tegemoetkoming voor overwerk: mensen mogen 50% van overwerkinkomsten behouden. Werk biedt ook inkomenszekerheid en helpt duurzame oplossing en zelfredzaamheid te bereiken.
Als onderdeel van het Nationaal Programma Armoede en Schulden ligt nadruk op financiële begeleiding en nazorg. Gemeenten blijken voortvarend: budgetcoachingstrajecten namen toe (2.562) vergeleken met 2023, een onderdeel om mensen weer financieel weerbaar te maken.