Overtreding Wml en Atw leidt tot boetes - geen goede urenregistratie en administratie

woensdag, 10 september 2025 (08:36) - Salaris Vanmorgen

In dit artikel:

Een Chinees restaurant is door de rechtbank aansprakelijk gehouden voor het niet bijhouden van arbeids- en rusttijden, waardoor toezichthouders niet konden controleren of het minimumloon en de Arbeidstijdenwet (Atw) werden nageleefd. De Nederlandse Arbeidsinspectie onderzocht de zaak voor de periode 1 juni 2021–30 november 2021 (Wml) en 1–28 november 2021 (Atw). Tijdens die periodes werkten vier koks fulltime in de keuken; er waren bovendien bedieningsmedewerkers in dienst.

De minister had boetes opgelegd: €40.000 voor schending van artikel 18b, lid 2, Wml (gebrek aan urenregistratie voor de vier koks) en €11.250 voor schending van artikel 4:3, lid 1, Atw (geen registratie van begin-, eind- en rusttijden van personeel). De boetes waren berekend op basis van de Beleidsregel Wml en de Beleidsregel boeteoplegging Atw; bij de Atw-boete speelde mee dat de werkgever als middenbedrijf werd aangemerkt (factor 0,75) en dat het om een direct beboetbaar feit ging (verhogingsfactor 1,5).

De rechtbank oordeelt dat de overtredingen terecht zijn vastgesteld. De werkgever kon geen begin- en eindtijden overleggen; loonstroken en bankbetalingen boden onvoldoende inzicht in daadwerkelijk gewerkte uren. De verklaringen van enkele koks — onder meer over extra schoonmaakwerk vóór aanvang en vaker meer uren dan het contract vermeldde — versterkten het gebrek aan bewijs. Het gebruik van een werkrooster via WeChat, waarvan gegevens niet waren bewaard, ontslaat de werkgever niet van de plicht tot een deugdelijke registratie. Ook de klacht van de werkgever dat het inspectieonderzoek onzorgvuldig was, overtuigde de rechtbank niet.

Wel matigde de rechtbank de opgelegde boetes. Voor de Atw-boete stelde de rechtbank vast dat het bedrijf als kleinbedrijf moet worden aangemerkt (in het Handelsregister was de omvang zodanig), zodat de boete is verlaagd naar €7.500. Voor de Wml-boetes vond de rechter dat de sancties te hoog waren gezien de onderlinge samenhang met de Atw-overtreding: één correcte urenadministratie had beide overtredingen kunnen voorkomen. Daarom is de totale Wml-boete vastgesteld op €22.500 (in plaats van €40.000). De boetes blijven verder ongewijzigd.

Kernboodschap: werkgevers moeten per werknemer begin-, eind- en pauzetijden vastleggen zodat naleving van minimumloon- en arbeidstijdenregels controleerbaar is; het ontbreken daarvan kan leiden tot substantiële boetes, ook al kan de hoogte daarvan door de rechter worden aangepast.