Recht op toepassing Ontziemaatregel in cao - urenvermindering bij 40-urige werkweek

dinsdag, 23 september 2025 (07:51) - Salaris Vanmorgen

In dit artikel:

Een servicemedewerker (geboren 1966) in dienst bij een Waterschap sinds 2002 werkt al die tijd 40 uur per week. In de cao Werken voor waterschappen is sinds 2022 de zogeheten Ontziemaatregel opgenomen (paragraaf 5.3.4): werknemers die vanaf hun 58e zware, fysiek belastende arbeid verrichten krijgen recht op ontzie-uren (2,5 uur vanaf 58, maximaal 5 uur vanaf 60) zonder inhouding op loon. De medewerker vroeg toepassing van die regeling; het Waterschap weigerde per e-mail van 15 juli 2024 en deed dat onder de voorwaarde dat eerst de arbeidsduur contractueel zou worden teruggebracht naar 36 uur per week. De werknemer stapte naar de kantonrechter en vorderde onder meer toepassing van de Ontziemaatregel op zijn huidige arbeidsduur en schadevergoeding over de periode van niet-toepassing.

Partijen waren het erover eens dat de functie onder fysiek verzwarende omstandigheden valt en daarmee in principe recht geeft op urenvermindering. Het twistpunt was of die urenvermindering moest worden berekend over de feitelijke 40-urige werkweek van de werknemer of over de in de cao als norm genoemde voltijdsomvang van 36 uur. De cao stelt weliswaar 36 uur als norm, maar laat ook uitbreiding tot maximaal 40 uur toe. Paragraaf 5.3.4 bevat geen beperking dat de Ontziemaatregel alleen op een 36-urige werkweek toepasbaar is. Het Waterschap verwijst naar andere cao-bepalingen (onder meer artikel 4.1.2 lid 4) en beleidsnotities om te stellen dat gecombineerde toepassing van meer dan 36 uur en de Ontziemaatregel ongewensd of onmogelijk zou zijn; de kantonrechter volgt die redenering niet.

De rechter oordeelde dat het onredelijk zou zijn werknemers eerst 10% van hun arbeidsomvang en loon te laten inleveren voordat zij aanspraak kunnen maken op ontzie-uren. De strekking van de regeling is immers juist dat aangewezen werknemers minder hoeven te werken met behoud van loon. Daarom moet de urenvermindering in dit geval worden toegepast op de 40 uur die de werknemer daadwerkelijk wekelijks verricht. Concreet betekent dit dat zijn recht op 2,5 ontzie-uur vanaf 58 jaar over die 40 uur geldt (en later het recht op maximaal 5 uur vanaf 60 jaar), en dat het Waterschap niet mag verlangen dat de werknemer eerst naar een 36-urige arbeidsovereenkomst teruggaat.

Kortom: de kantonrechter gaf de werknemer gelijk — de Ontziemaatregel is toepasbaar op de feitelijke 40-urige werkweek en niet beperkt tot een 36-urige norm.