Salarisverlaging onterecht - nooit extra beloond voor wijziging takenpakket

In dit artikel:

Een directiesecretaresse/-assistente kreeg sinds 2018 naast haar reguliere secretaressewerk ook marketing- en communicatietaken, zonder dat haar salaris daar destijds op werd aangepast. In 2024 besloot de werkgever die extra taken bij haar weg te halen en wilde het loon verlagen van € 6.882,28 naar € 4.500 bruto per maand binnen twee jaar, stellende dat 80% van haar functie zou zijn vervallen en dat zij weer in haar oude functie was geplaatst. De werknemer weigerde en vorderde onder meer achterstallig loon.

De kantonrechter oordeelt dat de werkgever weliswaar de marketing- en communicatietaken mocht onttrekken, maar dat dit geen rechtvaardiging vormt voor een salarisverlaging. Belangrijke overwegingen waren dat het huidige salaris — afgezien van cao-verhogingen — al sinds 2012 bestond en dat bij de uitbreiding van taken in 2018 expliciet schriftelijk werd bevestigd dat arbeidsvoorwaarden ongewijzigd bleven. Verder legt de werkgever onvoldoende aannemelijk waarom een lagere functiewaardering of een benchmark zonder nadere onderbouwing tot een loonverlaging zou mogen leiden. Van een redelijk voorstel was daarom geen sprake en de werknemer kon niet worden verplicht daarmee akkoord te gaan; de werkgever handelde niet als een goed werkgever.

Het oordeel: de werknemer heeft vanaf 1 januari 2025 recht op haar oorspronkelijke salaris van € 6.882,28 bruto per maand (plus eventuele cao-verhogingen) en krijgt het gevorderde achterstallige loon toegekend.