Vereenvoudiging Besluit IKV: drie maatregelen
In dit artikel:
Minister Paul van SZW meldt de stand van zaken rondom het Besluit IKV (inkomstenverhouding) en de aanpassingen die het ministerie wil doorvoeren om uitvoerbaarheid en regeldruk te verbeteren. De IKV is de administratieve eenheid waarin werkgevers via de loonaangifte informatie over een rechtsbetrekking (arbeids- of uitkeringsverhouding) aan de polisadministratie aanleveren. Die polisadministratie vormt de basis voor uitvoering door Belastingdienst, UWV, CBS en andere organisaties, waardoor eenduidige regels van groot belang zijn.
Het Besluit IKV is in 2021 gepubliceerd om die regels vast te leggen, maar trad nog niet in werking omdat uit consultatie met werkgevers, salarisprofessionals en softwareleveranciers bleek dat de voorgeschreven werkwijze complex was en tot grote extra administratieve lasten zou leiden. Daarom heeft het ministerie in overleg met stakeholders drie verbetertrajecten uitgewerkt om de regeldruk te verminderen en de uitvoerbaarheid te vergroten.
Belangrijke maatregelen die nu worden doorgevoerd:
- Werkgeversbetalingen bij ZW- en Wazo-uitkeringen: In het oorspronkelijke besluit moesten werkgeversbetalingen (uitkeringen die via de werkgever lopen) in een aparte IKV worden opgenomen omdat het om een andere rechtsbetrekking ging. Dat bleek in de praktijk ingewikkeld, vooral bij ZW en Wazo. De wijziging bepaalt dat deze werkgeversbetalingen in dezelfde IKV als het loon van de onderliggende dienstbetrekking worden aangegeven, aansluitend bij de huidige praktijk. Hiermee vervalt ook de noodzaak om loon en werkgeversbetaling gescheiden te rapporteren voor premieheffing, mits een nog in voorbereiding zijnd wetsvoorstel regelt dat voor beide dezelfde premiepercentages gelden. Een wijzigingsbesluit hierover wordt binnenkort in het Staatsblad gepubliceerd en het wetsvoorstel gaat samen met andere maatregelen in consultatie.
- Opvolgende arbeidsovereenkomsten zonder onderbreking: Hoewel arbeidsrechtelijk iedere nieuwe arbeidsovereenkomst een nieuwe rechtsbetrekking kan vormen, geeft de dagelijkse praktijk aan dat werkgevers opvolgende contracten vaak in dezelfde IKV melden. Om onnodige aanpassingen in salaris- en HR-systemen te voorkomen, wil de minister dit vasteere gebruik verankeren: opvolgende dienstbetrekkingen die elkaar zonder onderbreking opvolgen blijven in dezelfde IKV aangegeven. Een wijzigingsbesluit hiervoor wordt eind dit jaar voor consultatie en uitvoeringstoetsen voorgelegd.
De minister erkent de keerzijde: door deze aanpassingen worden opvolgende dienstbetrekkingen minder afzonderlijk zichtbaar in de polisadministratie, waardoor mogelijke verbeteringen zoals een betere geautomatiseerde vaststelling van het dagloon door UWV en controles rond de ketenbepaling niet volledig worden gerealiseerd. Desondanks kiest zij voor de praktische oplossingsrichting om regeldruk en fouten te verminderen.
Het Besluit IKV staat nog steeds gepland om per 1 januari 2028 in werking te treden, mits wetgeving en betrokken partijen tijdig klaar zijn. In het voorjaar vindt een weegmoment plaats om te beoordelen of die datum haalbaar blijft; de Tweede Kamer wordt hier snel over geïnformeerd.