Voortgang reductie werknemers zonder actieve pensioenopbouw: hoe staat het?

dinsdag, 18 november 2025 (11:51) - Salaris Vanmorgen

In dit artikel:

Minister Paul van SZW rapporteert over de voortgang van het Aanvalsplan Witte vlek en het aantal werknemers zonder pensioen. Eind 2019 had 13,4% van de werknemers (ongeveer 936.000 mensen) geen deelname aan een pensioenregeling; eind 2023 is dit gedaald naar 9,3% (circa 680.000). Zowel het relatieve aandeel als het absolute aantal werknemers zonder pensioen is daardoor verder verminderd.

Het terugdringen van de 'witte vlek' volgt uit het Pensioenakkoord. De Stichting van de Arbeid (StvdA) presenteerde op 17 juni 2020 het Aanvalsplan Witte vlek, dat in 2022 is aangescherpt tijdens het parlementaire debat over de Wet toekomst pensioenen (Wtp). In de aangescherpte plannen is de doelstelling opgenomen om het aantal werknemers zonder pensioen te halveren. De StvdA publiceerde op 31 oktober 2025 een voortgangsrapportage over de uitvoering.

Veel acties uit het plan zijn inmiddels afgerond; resterende stappen tonen voortgang. Concrete recente maatregelen zijn onder meer: het expliciet vermelden van pensioen bij werving door aanpassing van de sollicitatiecode van de NVP, gerichte voorlichting en ondersteuning van (kleine) werkgevers, en tegemoetkomingen voor opstartkosten bij het inschakelen van pensioenadviseurs door werkgeversorganisaties. De StvdA pleit in het vervolg vooral voor twee gezamenlijke prioriteiten: gedetailleerde sectoranalyses om gerichte interventies mogelijk te maken en intensievere communicatie en bewustwording.

Een specifiek actiepunt is een wettelijke verplichting op de loonstrook om aan te geven of de werkgever een pensioenregeling aanbiedt. Deze plicht stond al in de Wtp maar bleek aanvankelijk onuitvoerbaar zonder nadere wettelijke duiding; een aangepaste verplichting is opgenomen in een lopend wetsvoorstel over pensioenafspraken.

Het Nederlandse systeem kent geen algemene werkgeversverplichting tot pensioenregeling; pensioenopbouw in de tweede pijler gebeurt voornamelijk via afspraken tussen sociale partners of vrijwillige aansluiting. Momenteel bouwt ongeveer 91% van de werknemers aanvullend pensioen op in de tweede pijler, maar waar sociale partners geen afspraken maken of werkgevers niet inzetten, blijft opbouw uit.

De beleidsinzet richt zich binnen dit kader op sectorgerichte communicatie, vrijwillige aansluiting bij bedrijfstakpensioenfondsen en ontwikkeling van laagdrempelige regelingen. De resultaten tot eind 2023 tonen effect; de uitkomsten over 2024 worden meegenomen in een tussentijdse evaluatie om te beoordelen of aanvullende maatregelen nodig zijn om de reductiedoelstelling te behalen.