Werknemers zitten veel, bijna 9 uur per werkdag
In dit artikel:
In 2024 brachten werknemers gemiddeld 8,9 uur zittend door op een werkdag: 4,5 uur tijdens betaald werk, 1,1 uur in het woon‑werkverkeer (fiets niet meegeteld) en 3,3 uur zittend in de vrije tijd. Dit cijfer ligt dicht bij 2019 (8,6 uur) en is gebaseerd op de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA) van CBS en TNO, waarin ruim 60.000 werknemers werden bevraagd.
Het zitgedrag verschilt sterk naar beroep. Wie in ICT‑functies werkt (zoals databank‑ en netwerkspecialisten) zit met gemiddeld 7,1 uur per werkdag het meest tijdens werktijd; ook bedrijfseconomische en administratieve functies scoren hoog. Dienstverlenende beroepen (bijv. kelners, barpersoneel, schoonmakers) zitten het minste: ongeveer 1,1 uur per werkdag.
Thuiswerken gaat doorgaans samen met meer zitten: werknemers die (deels) thuiswerken zitten gemiddeld 6,3 uur tijdens het werk, tegenover 3,0 uur bij altijd op locatie werken. Opvallend is dat mensen die vrijwel altijd thuiswerken iets minder zitten dan degenen die het grootste deel van de tijd thuiswerken. Beeldschermgebruik speelt een grote rol: wie dagelijks zes uur of meer achter een scherm werkt, zit rond 6,8 uur tijdens de werkdag; bij minder schermtijd is dat 2,7 uur.
De kloof tussen thuiswerkers en locatiewerkers is het grootst in dienstverlenende en commerciële functies — thuiswerkers in die groepen zitten ruim drie keer zo veel als collega’s op locatie (bijv. 3,3 vs. 1,0 uur in dienstverlening; 6,6 vs. 2,2 uur in commerciële beroepen). In ICT, bedrijfseconomie en administratie zijn de verschillen veel kleiner.
Omdat langdurig zitten samenhangt met gezondheidsrisico’s en maatschappelijke kosten, onderstreept het onderzoek het belang van aandacht voor zowel zitgedrag op het werk als in de vrije tijd — denk aan maatregelen als zit‑staanmeubilair, regelmatige beweegpauzes en beleid rondom thuiswerken.