Wijzigingen op SZW-gebied per 1 januari 2026
In dit artikel:
Per 1 januari 2026 voert het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid een reeks wijzigingen door die werk, uitkeringen en kinderzorg raken.
- Minimumloon en uitkeringen: Het minimumuurloon voor 21‑plussers stijgt door indexatie van €14,40 naar €14,71 bruto per uur. Ook worden vrijwel alle uitkeringen (bijstand, IOAW/IOAZ, AOW, ANW, Wajong, WW, WIA, WAO, ziektewet, Toeslagenwet e.d.) en de kinderbijslag geïndexeerd.
- Kinderopvang en gezinssteun: Het kabinet trekt €199 mln uit om de kinderopvangtoeslag voor werkende ouders te verhogen. Gezinnen met een gezamenlijk inkomen tot €56.412 krijgen voortaan 96% vergoed van de kosten tot de maximale uurprijs; ook hogere inkomens krijgen een verbeterd vergoedingspercentage. De nieuwe maximumuurprijzen zijn: dagopvang €11,23, buitenschoolse opvang €9,98 en gastouderopvang €8,49. Daarnaast gaat het kindgebonden budget licht omhoog voor sommige inkomensgroepen (met specifieke drempels voor alleenstaanden en stellen).
- Participatiewet en bijstand: Regels worden vereenvoudigd en de financiële prikkels voor werken versterkt. Bijverdiengrenzen worden verruimd, giften tot €1.200 per jaar tellen niet mee voor de uitkering, en gemeenten kunnen bijstand met terugwerkende kracht verstrekken om inkomenskloven en schulden te voorkomen. De uitvoering legt meer vertrouwen in professionals en in mensen met een uitkering.
- Pensioenen en RVU: Vanaf 1 januari 2026 stappen ruim 9,5 miljoen pensioendeelnemers over op het nieuwe pensioenstelsel. De Regeling voor Vervroegde Uittreding (RVU) maakt het mogelijk dat mensen met zwaar werk tot drie jaar eerder stoppen; de maximale RVU‑uitkering stijgt door indexatie naar €2.357 bruto per maand. Werkgevers mogen daarbij bovenop de basisuitkering maximaal €300 bruto per maand extra geven zonder extra RVU‑heffing; cao‑partijen kunnen hierover afspraken maken. De AOW‑leeftijd blijft 67 jaar.
- Loonkostenvoordeel (LKV) en banenafspraak: Het LKV voor oudere werknemers (56+) wordt per 1 januari 2026 afgeschaft voor nieuwe aanstellingen; werkgevers houden het voordeel voor werknemers die vóór 1‑1‑2024 zijn aangesteld. Voor de banenafspraak (werknemers met arbeidsbeperkingen) wordt het LKV eenvoudiger en duurzamer: het voordeel geldt voortaan zolang de werknemer in dienst is en er is geen speciale UWV‑doelgroepverklaring meer nodig.
- Jongeren en arbeidsmarkt: Mbo’ers (niveau 1–2), vso/pro‑leerlingen en vroegtijdige schoolverlaters tot 27 jaar krijgen betere, langdurige loopbaanbegeleiding bij de overgang van school naar werk. Gemeenten, scholen en doorstroompunten moeten gaan samenwerken om uitval te voorkomen en gerichte ondersteuning te bieden.
- Ontslagvergoeding: De transitievergoeding bij ontslag wordt geïndexeerd en kent een maximum van €102.000 in 2026, of één brutojaarsalaris als dat hoger ligt.
Deze maatregelen richten zich op meer financiële zekerheid voor gezinnen en werkenden, vereenvoudiging van regelingen en betere doorstroom naar de arbeidsmarkt, met tegelijk aanpassingen die de positie van oudere werknemers en werkgevers beïnvloeden.