Wtl wijzigt - nieuwe werkgever recht op LKV voor resterende duur per 2027

In dit artikel:

Staatssecretaris Nobel (SZW) stuurt een wetsvoorstel naar de Tweede Kamer dat de Wet tegemoetkomingen loondomein (Wtl) wijzigt om te regelen dat een nieuwe werkgever recht krijgt op het loonkostenvoordeel (LKV) voor de resterende duur van een eerder toegekend voordeel. Doel is een structurele, minder handmatige afhandeling na overdracht van een werknemer door bijvoorbeeld fusie, overname, splitsing of verandering van rechtsvorm, en zo kwetsbare werknemers doorlopend op de arbeidsmarkt te ondersteunen.

Achtergrond: de Wtl bevatte geen expliciete regeling voor overgangen van onderneming. Rechterlijke uitspraken (Centrale Raad van Beroep 22 maart 2023 en Hoge Raad 24 mei 2024) hebben de praktijk veranderd: het recht op LKV kan bij overgang ter discussie staan en leidde tot ad-hoc uitvoeringswijzigingen. De huidige werkwijze kent nadelen en deels handmatige processen; het wetsvoorstel wil dat oplossen.

Kern van het voorstel
- Doelgroepverklaringen worden niet alleen aan een werknemer gekoppeld maar ook aan een werkgever en diens dienstbetrekking. Daarmee sluit de formele regeling aan op de huidige uitvoeringspraktijk.
- Er worden twee nieuwe begrippen geïntroduceerd: “nieuwe werkgever” (de werkgever na overgang van onderneming of een andere werkgever waar de werknemer later in dienst treedt) en “doelgroepverklaring nieuw werkgeverschap”.
- De doelgroepverklaring nieuw werkgeverschap is geen nieuwe categorie, maar een bestaande doelgroepverklaring die slechts voor de resterende duur van de oorspronkelijke verklaring wordt afgegeven.
- Een nieuwe werkgever kan voor die resterende duur LKV aanvragen voor de uren die de werknemer bij hem werkt; de oorspronkelijke werkgever kan tegelijkertijd voor de uren die de werknemer bij hem blijft werken het passende deel blijven claimen. Voor elke werkgever geldt de doorgegeven verloonde uren in de loonaangifte als grondslag.

Procedure en voorwaarden
- De werknemer moet voor de nieuwe werkgever een aanvraag indienen voor de doelgroepverklaring nieuw werkgeverschap; de werkgever kan dat ook doen met machtiging van de werknemer.
- UWV verifieert of er eerder een doelgroepverklaring bestond waarvan de duur nog niet is verstreken, of de werknemer geen beschut werk verricht volgens relevante wetgeving en of de werknemer niet AOW-gerechtigd is. Pas dan wordt de verklaring afgegeven en kan de werkgever via loonaangifte LKV aanvragen.

Welke LKV’s betroffen zijn
- Permanent aangepast: LKV arbeidsgehandicapte werknemer en LKV herplaatsen arbeidsgehandicapte werknemer krijgen de nieuw werkgeverschapsregeling.
- Niet aangepast: LKV oudere werknemer wordt afgeschaft per 1 januari 2026; aanpassing voor nieuw werkgeverschap is daarom niet nodig.
- LKV doelgroep banenafspraak (inclusief scholingsbelemmerden) wordt per 1 januari 2026 structureel gemaakt; vanaf die datum geldt het voordeel zolang de dienstbetrekking duurt en verdwijnt de verplichting tot aanvraag van een doelgroepverklaring voor die doelgroep. Voor bepaalde groepen die onder overgangsrecht vallen (bv. scholingsbelemmerden en mensen met indicatie beschut werk) wordt in het overgangsrecht geregeld dat ook zij gedurende de resterende duur een doelgroepverklaring nieuw werkgeverschap kunnen aanvragen.

Inwerkingtreding
- De beoogde datum van inwerkingtreding is 1 januari 2027. Werkgevers kunnen voor dienstbetrekkingen die op of na die datum starten een doelgroepverklaring nieuw werkgeverschap aanvragen.

Belang: het voorstel biedt rechtszekerheid en administratieve vereenvoudiging, zodat werknemers die van werkgever wisselen tijdens de looptijd van een LKV beschermd blijven doordat het voordeel doorloopt bij de nieuwe werkgever voor de resterende duur.